Skip to content

In de jaren twintig van de vorige eeuw waren in Hilversum twee atletiekgroepjes actief – maar er was geen enkele officiële club. Bij Korfbalvereniging Excelsior waren enkele leden die ‘athletiek’ (de ‘h’ hoorde toen nog in de spelling) er een beetje bij deden. Daarnaast had je een man of zes die clubloos ‘over het spoor’ hard liepen. Dat was op een terreintje bij de oude gasfabriek – aan de Jan van der Heydenstraat. Schertsend werd dat ‘Het Kleine Stadion’ genoemd.

Vier man van Excelsior wonnen in de zomer van 1927 verrassend de estafette 4 x 400 meter van de Utrechtse Provinciale Athletiek Bond. Vanaf dat moment werd serieus nagedacht over het vormen van een echte vereniging. De namen van onze voorvaderen: Jo Lebbink, Ko Merkelbach, Piet Slikker en Herman Reeskamp (v.l.n.r. op de foto linksboven  – de namen van de vrouwen achter hen zijn niet bekend, maar ze hebben allen het Excelsior tenue aan). En dan is er ook nog een  een spectaculaire rol voor Пётр Ильич Чайковский!

Op  de avond van 13 september 1927 kwamen ‘de vier’ in het kantoortje van het Gemeentelijk Sportpark bijeen om de G.A.C. op te richten. Vrij snel daarna besloten de mannen van ‘Het Kleine Stadion’ zich bij hen aan te sluiten. Zo ontstond een vereniging met wel tien leden. De groei zette door en in 1931 telde de club zo’n 45 leden, waarvan een tiental dames.

Onze eerste voorzitter werd Jo Lebbink. Het is opvallend – dat van de oprichters en de eerste bestuursleden niemand ooit erelid is geworden van de vereniging! Terwijl we toch een enorme waslijst van Gulden Leden, Leden van Verdienste, Ereleden en Erevoorzitters hebben.

Sportief gingen we voortvarend van start want in 1928 werd mede-oprichter Piet Slikker Nederlands kampioen op de 200 meter met een tijd van 23,2 seconden. De 100 meter raffelde hij in 11 seconden rond af, een tijd waarmee hij nog steeds hoog staat in de Top 25 Allertijden van de G.A.C.

Naast atletiek wordt in deze jaren handbal gespeeld in G.A.C.-verband. Door de Utrechtse Bond wordt een verzoek om dit onderdeel in de competitie op te nemen afgewezen.

Over het tweede deel van dit decennium is iets meer bekend omdat in augustus 1933 het eerste clubblad verscheen. Oorspronkelijk met de titel ‘De G.A.C.-er’. “Dames en Heeren, Door dezen hebben wij het genoegen U namens het Bestuur der G.A.C. ons eerste maandblad te doen toekomen. Bedoeling van de uitgave van dit orgaan is, de onderlinge band tusschen de leden onzer vereeniging hechter en sterker te maken en de leden op de hoogte te houden van dingen die gaan gebeuren in de athletiek-wereld. Tevens zullen de officieele berichten van het Bestuur een plaats vinden.”

Over internet, Facebook of email hebben we in de annalen van de club uit de jaren dertig niks kunnen terugvinden. Vermoedelijk werd daar geen aandacht aan besteed. Het aantal leden groeide inmiddels via 56 naar 78 en daalde toen naar 66.

Belangrijke atleten in deze jaren: mej. M. Andersen “die de eer te beurt viel te worden gekozen in de Nederlandse damesploeg, die tegen België uitkwam” en Jan Stender – vóór Jacco Verhaeren de beroemdste zwemcoach van Nederland.

Op 5 juli 1936 organiseerde de G.A.C. een nationale wedstrijd die onderdeel was van het openingsfeest van de nieuwe radiostudio van de A.V.R.O. aan de ’s-Gravelandseweg. Met 2300 bezoekers en veel atleten die vlak daarna naar de Olympische Spelen in Berlijn gingen. Arena Games avant la lettre.

Back To Top