Skip to content

Er stonden zaterdag drie GAC master atleten aan de start van de Abdijcross in Kerkrade. Ton Sweep, Maurits de Ruiter en ondergetekende. Dat de Abdijcross dit jaar tevens het NK cross was, gaf extra lading aan de wedstrijd en maakte dat er ander pluimage atleten aan de start stond dan bij de gemiddelde regiocross.
Dat laatste werd GAC atleet Ton Sweep (categorie M40) nog eens extra duidelijk na zo'n 300 meter wedstrijd. Hij constateerde dat hij behoorlijk achteraan liep en keek voor de zekerheid maar eens op zijn klok: tempo 3'35''/Km. Een heel mooi tempo om een crosswedstrijd mee te starten, maar in dit veld goed voor een plek in de achterhoede. Waarbij Ton opmerkt:  “Ik heb nooit de illusie gehad dat ik vooraan zou kunnen lopen hoor, maar het was even wat verwarrend zo ver in de achterhoede. Ik twijfelde even aan mezelf, ik voelde me toch echt goed vandaag?”

Ton kwam met name naar Kerkrade voor het zware en uitdagende parcours en daarin werd hij  niet teleurgesteld. Het parcours had alles in zich om op stuk te gaan, een grote variatie aan stijgings- en dalingspercentages en een grote variatie aan ondergrond.
Het stuk gaan gebeurde met name boven aan de lange beklimming waar het de grootste moeite kost om het ritme weer te herpakken, maar eigenlijk waren er zo nog wel een paar stukken parcours te benoemen waar eenzelfde uitdaging lag. Niet lang na de heuvel lag er namelijk een pittig stuk gras te wachten met een door de ‘speaker’ continue zogenoemde ‘chicane’. Het is voor de echte cross atleet een geweldig parcours dat je keer op keer uit je ritme haalt en alles van je vraagt qua kracht en coordinatie.

Maurits de Ruiter (categorie M50) liep na 29 jaar (NK Cross Studenten) weer een keer mee met het NK Cross. Wekenlang trainde hij hellinkjes (op én af), maar ook hij bestempelde de Abdijcross als een buitencategorie, zelfs onder ideale omstandigheden.
“De drie stukken van het parcours zijn met haakse- dan wel u-bochten aan elkaar verbonden. Een spike-waardig glibberig start- en finish gebied; een rode piste naar beneden, dat ging me heel goed af (24 km/u?); en een zwarte piste omhoog waarbij het woord "Jungfrau" in me op kwam (8 km/u?). Na een snelle start me wat terug laten zakken bij ontstentenis van de gehoopte topvorm. De derde ronde nog wat lopers ingehaald om bij de finish precies 14 M50 voor me te laten en 14 achter me, waar ik content mee ben. De grote grap kwam achteraf toen bleek dat de vele verplicht in de berm geparkeerde auto's (ook de mijne) geenszins op cross-country waren voorbereid en er uitgesleept plus geduwd moesten worden. Hulpvaardigheid die ik me over weer 29 jaar nog zal heugen; dan loop ik ondertussen bij de M80.”

De uitslag van ondergetekende is bekend (1e V40). Ik sluit me aan bij de heren ten aanzien van de parcoursbeschrijving. Heerlijk. Zo hoort een cross parcours te zijn.
Gelukkig was ik goed voorbereid. Ik kende het parcours dat ik in 2012 al een keer had gelopen en in kende mijn grootste concurrente, Marjon de Kok. Ik had bijna twee rondes nodig om een gaatje te kunnen slaan, wat ik bewust deed op een zwaar punt in het parcours, namelijk bovenaan de heuvel. Mooi als een plan uitpakt zoals je bedacht had.

Mirjam Koersen

Back To Top