Skip to content
Bron: Gooi en Eembode, maandag 23 januari

In iedere sportvereniging zijn er mannen en vrouwen die met veel passie zich jaren achtereen inzetten voor hun club. Mensen, die altijd klaar staan voor hun vereniging; tijd speelt bij hen geen rol. Wie zijn deze clubiconen? In deze aflevering: Aswin Jägers van de Gooise Atletiek Club.

Ruim 35 jaar is de nu 46-jarige Aswin Jägers iedere week te vinden op het Gemeentelijk Sportpark bij de Gooise Atletiek Club; afgekort GAC. In zijn jonge jaren als atleet op de baanonderdelen, waaronder de meerkamp. De laatste jaren gaat hij met een loopgroep het bos in en traint hij op de lange afstanden. Zo heeft hij een groot aantal hele en halve marathons op zijn naam staan; onlangs volbracht hij nog de halve marathon in Egmond. “Ik ben door mijn vader aan atletiek gaan doen. Hij was trainer en dan ga je vanzelf mee. Onlangs is hij daarmee gestopt”, opent Aswin Jägers het gesprek.

Wanneer je vader trainer is bij de GAC, rol je eigenlijk vanzelf in het vrijwilligerswerk. In 1996 is Jägers begonnen als jurylid. Acht jaar later nam hij de taak ‘beheerzaken’ op zich en daarin is hij nog steeds actief. De functieomschrijving ‘beheerzaken’ doet geen recht aan iemand die daar ruim twintig uur per week druk mee is.

De benaming ‘manager logistiek’ is beter op zijn plaats. De GAC’er in hart en nieren steekt van wal: “Het clubhuis op de baan is eigendom van de vereniging. Dat moet goed onderhouden worden, aangezien dit ook ons visitekaartje is. Dat betekent regelmatig kleine reparaties en herstelwerkzaamheden uitvoeren plus het nodige schilderwerk. Ik kan dit naast mijn dagelijks werk niet alleen doen en gelukkig zijn er bij de GAC veel mensen die in hun vrije tijd wat voor de vereniging willen doen. In al mijn taken ben ik vooral bezig met de organisatie en coördinatie van zaken die moeten gebeuren. De baan is van de gemeente Hilversum en de GAC en Nike zijn de gebruikers. Dat betekent regelmatig overleg en met de drie partijen is dat te overzien. Vooral we nu met de baanrenovatie in de afrondende fase zitten. Het wachten is op een periode van droog weer zodat het tartan, de laatste bovenlaag, kan worden gelegd. Dan is die klus ook geklaard.”

Daarnaast is Jägers belast met het onderhoud en de inkoop van de specifieke atletiekmaterialen. In overleg met de trainers moet worden uitgezocht wat én hoeveel er moet worden ingekocht. “Dat er regelmatig wat stuk gaat, is logisch. De baangroep tot 11 jaar bestaat uit ongeveer 200 kinderen; in de leeftijdscategorie daarboven zijn dat er ruim 180. Sporten met goede spullen is een eerste vereiste en daarom wordt er ieder jaar fors geïnvesteerd in het herstel en de aanschaf van materiaal.”

Wedstrijdcommissie
De meest omvangrijke taak van Jägers, eigenlijk is hij een duizendpoot, is het voorzitterschap van de commissie die alle wedstrijden en evenementen organiseert. “Het betreft eigenlijk alle randzaken, die noodzakelijk zijn om een wedstrijd of evenement te doen slagen. Alleen het opbouwen van de baan voor een wedstrijd is al een minibedrijf op zich. We moeten met de wedstrijdcommissie zorgen dat officials aanwezig zijn, juryleden, wedstrijdleiders, starters, tijdwaarneming en het wedstrijdsecretariaat voor de verwerking van de resultaten en de verslaglegging daarvan. Ieder lid van de wedstrijdcommissie heeft daarin een specifieke taak. Voor mij is het de taak om aan de hand van de verschillende draaiboeken het totale overzicht te houden. Voor iedere wedstrijd is een specifiek draaiboek waarin onder andere staat hoeveel vrijwilligers we nodig hebben en op welke plekken.”

‘Tegenwoordig moet je de mensen pro-actief benaderen’

In iedere vereniging zijn de vrijwilligers onmisbare schakels om de zaak draaiende te houden en om wedstrijden en evenementen goed te laten verlopen. De voorzitter van de wedstrijdcommissie constateert dat er in de loop der jaren het nodige is veranderd: “Vroeger kon je volstaan met een schriftelijk verzoek, een bericht op de website of een email versturen om vrijwilligers te werven. Dat werkt niet meer; tegenwoordig moet je de mensen pro-actief benaderen. Ik heb ervaren dat je naar de mensen moet luisteren; hen laten meedenken hoe het anders en beter kan. Ook de vrijwilligers niet overbelasten. Een wedstrijddag duurt meestal van 9 uur ’s morgens tot 6 uur in de middag. Wanneer er dan voor een bepaalde taak geen aflossing is, wordt het voor de man of vrouw een hele opgave. Met het risico dat hij of zij het de volgende keer laat afweten.”

Een niet te onderschatten element is de huidige regelgeving die door de verschillende overheden aan organisaties worden opgelegd om iets te kunnen organiseren. Dat ervaart ook de logistiek manager bij de GAC: “Het betreft vooral de grote evenementen die buiten het sportpark plaatsvinden. Maar ook op de baan moeten we aan tal van veiligheidseisen voldoen. Dat zijn vuistdikke boekwerken. Dertig jaar geleden ging het allemaal wat makkelijker. Tegenwoordig moeten alle risico’s worden afgedekt. Een pot verf hanteren om het clubhuis te schilderen, is geen probleem. Maar om, één van de vele voorbeelden, wat aan de technische installatie te doen, moet je gecertificeerd zijn. Want als er iets gebeurt, krijg je een probleem met de verzekering. Daarom moet je soms mensen inhuren om aan de veiligheidsregels te voldoen. Aan de vele vrijwilligers is het soms lastig uit te leggen wat zij eerst wel mochten doen en nu door nieuwe regelgeving niet meer.”

Vergunningen
Ondanks de opgelegde regelgeving lukt het nog steeds om voldoende vrijwilligers te vinden. “Voor de Arena Games die dit jaar weer plaatsvinden hebben we 120 personen nodig; voor de City Run liefst 250; daar zijn we nu al mee bezig. Ook voor de baanwedstrijden die er gedurende het hele seizoen plaatsvinden heb je 30 tot 40 mannen/vrouwen nodig. Daarnaast hebben we als grote buitenevenementen de Maple Leafcross, die eerst bij Anna’s hoeve werd gehouden, maar nu is de start bij La Place. Daar heb je weer vergunningen voor nodig van het Goois Natuur Reservaat en van de gemeente Hilversum en Laren omdat het parcours over hun grondgebied gaat. En ons wandelevenement over het Voetstappenpad kan ook niet doorgaan zonder vrijwilligers evenals het aangepast atletiek, voor mensen met een beperking. Daarin hebben wij een maatschappelijke functie. ”

Sportverenigingen die willen overleven, moeten met de tijd meegaan. Jägers: “Bij de GAC is een brede discussie gaande wat voor vereniging we willen zijn over vijf, tien en twintig jaar. Wat zijn onze nieuwe doelgroepen in de komende jaren? Die vraag moet je durven stellen en er een antwoord op vinden. De club die daarvoor de ogen sluit, is kansloos. Leg de vraag op tafel: wat doen we nu wel en wat straks niet meer? Tradities moet je soms overboord zetten om als vereniging te overleven. Je kan niet meer zeggen; zo hebben we altijd gedaan en zo blijven we het doen. Je moet met de tijd meegaan. Vroeger organiseerde je een puzzeltocht met de routebeschrijving op een stuk papier; nu moet je met een interactieve app op je telefoon het veld in gaan. Nog niet zo lang geleden moesten we ’s avonds met twee personen de kantineopbrengst tellen en bij de bank afstorten. Nu betaalt iedereen met pin en met één druk op de knop weten we wat de omzet is geweest.”

Openingsevenement
Jägers heeft ondanks de tijd die het hem kost, er nog steeds plezier in. “Ik geniet wanneer ik op de baan de atleten aan de gang zie en de organisatie verloopt zoals we het op papier hebben staan. Zoals grote buitenevenementen die vele duizenden deelnemers trekken; daar word ik blij van. En straks het grote openingsevenement als de baan helemaal klaar is. De datum is nog niet vastgesteld, maar we hopen een aantal topatleten te kunnen aantrekken. De nieuwe baan is geschikt om Nederlandse kampioenschappen te kunnen organiseren. We hebben al de toezegging om volgend jaar het NK junioren te organiseren. De Gemeente Hilversum heeft veel geïnvesteerd in de nieuwe baan en de GAC wil graag iets teruggeven in de vorm van topwedstrijden en aansprekende evenementen.”

Back To Top