Skip to content
  • Blog

In de vorige blog/nieuwsbrief kon je lezen over het verwarrende begrip loop-economie. Loop-economie probeert in een getal te vatten hoe zuinig iemand loopt. En zuinigheid is gunstig. Wat bepaalt hoe zuinig iemand loopt? Da’s ingewikkeld. De laatste jaren krijgt echter één factor veel aandacht als het over zuinigheid gaat: de lengte van het grondcontact.

Elke landing begint met een schokdempingsfase (absorptie) waarin energie verloren gaat. De absorptiefase gaat over in de afzet (propulsiefase). Tijdens deze twee fasen raakt (een gedeelte) van de voet de grond. Zolang een voet aan de grond is, zijn er grenzen aan de snelheid van een loper. Daaruit kun je in elk geval concluderen dat heel lange contacttijden niet gunstig zijn voor het snel lopen. Hoe zit het met het andere uiterste: heel korte contacttijden? Tijdens de propulsiefase moet de loper in elk geval een dusdanige zet meekrijgen dat hij moeder aarde even kan verlaten(zweeffase). De grootte van die afzet wordt bepaald door de kracht van de afzet en de duur van de afzet. Bedenk maar eens hoe lang de raketmotoren moet branden om een satelliet de lucht in te krijgen. Er is dus tijd nodig om een geslaagde afzet te maken. Maar wat is gunstiger voor de zuinigheid: heel veel kracht in een heel korte tijd of wat minder kracht gedurende een wat langere tijd?

Ik hoop dat je je op basis van het voorafgaande kunt voorstellen dat het niet ondenkbaar is dat er wat betreft de zuinigheid van het lopen een trade-off zou kunnen zijn waar het de duur van het grondcontact betreft (deze zin zou normaal gesproken geschrapt zijn, maar de corrector nam ten onrechte aan dat het hier een poging betrof de draak te steken met de voorzichtigheid van wetenschappers). Een moderne wetenschapper houdt het echter niet bij bespiegelingen, hij chartert een handjevol hardlopers, bedenkt een aantal testen, vraagt toestemming aan de ethische commissie en gaat meten. In dit geval gaat hij bij lopers kijken wat zuiniger is: een lang of een kort grondcontact.

En nu wordt het leuk. Het is zo interessant om te weten wat het zuinigst is dat er niet één onderzoek wordt gestart, maar dat tientallen onderzoeksgroepen uit alle windstreken een onderzoek starten. En de uitkomst is: een kort grondcontact is economischer. Nee: hoe langer, hoe zuiniger. Nee, Europese lopers hebben een kortere contacttijd en zijn zuiniger dan Noord-Afrikaanse lopers (die ondanks hun onzuinigheid en langere grondcontact lekker toch harder lopen). Nee, het zit ‘m in de manier van landen en niet in de contacttijd… Of is het toch de snelheid…

Verwarrend.

Veel onderzoeken. Ogenschijnlijk met elkaar in strijd zijnde uitkomsten. Toch lijkt er een rode draad te zijn: bij hetzelfde landingstype, dezelfde snelheid en ervaring van de loper is een langere contacttijd zuiniger.

Maar nu praktisch! Kan ik trainen op een langere contacttijd? Ik zou niet weten hoe! Je kunt wel trainen op een kortere contacttijd… (gerichte krachttraining). En dat blijkt behalve gunstig voor de snelheid ook gunstig voor de zuinigheid te zijn.

Verwarrend.

Wordt vervolgd.

Siebe Turksma

Back To Top