Skip to content

Natuurlijk wel, maar er is zoveel meer te vertellen over de indoor van afgelopen zaterdag in de Utrechtse Galgenwaard. En dan eens niet over de gymzaal-ondergrond waar je alleen met botte piramide-puntjes op mag omdat-ie anders stuk gaat. Of dat je daardoor kan horen hoe hard je gaat. Of hoe langzaam…
Xanthe Buruma (MB) springt al een tijdje regelmatig voorbij de 4 meter op training. Soms wat dikker, soms wat dunner, maar op een wedstrijd wil het nooit lukken. Die eeuwige 3 overal voor. Best frustrerend want je wil zo graag. Zo graag één keertje… Natuurlijk weet je dat anderen in de groep makkelijk 4 meter springen, vijf zelfs, of zes, maar daar heb jij niks aan en dat heeft ook niet echt wat met jou te maken. Dat is hun ding. Dus spring je dan eindelijk 4,10, dan is dat jouw feestje, jouw persoonlijke mijlpaal. Geen clubrecord maar wel goed en helemaal van jou. Goed gedaan, Xanthe. Punt is wel dat het geluk van korte duur is. We verschuiven het nieuwe doel direct, en meedogenloos, gewoon naar 4,50. Omdat het kan. ‘Hello Frustration, we meet again’.

Ook geen clubrecord –maar wel ‘darn close’- was de 50 meter van zoon Yarán Wienneke in zijn eerste seizoen als Senior. Een clubrecord op een individueel onderdeel bij de Senioren is het Walhalla, het summum, het neusje van de zalm, het doel der doelen, de crème de la crème, helemaal chique de friemel. Maakt niet uit waarop. De clubrecords bij de senioren mannen staan strak, strak van de testosteron en ademen diep het atletiekleven. Daar tussen staan…
Bob Steinvoort –ik ken hem niet, misschien een van jullie, lieve lezers- liep de 50 meter in 1973 in 6,14 (5,9 handtijd). Yarán liep hem zaterdag in 6,22. Dat is ‘darn close’ als je bedenkt dat hij hem 2 weken terug nog in 6,33 liep. Over 2 weken is de laatste kans dit seizoen op een vijftigje, ook in Utrecht. We zouden er niet heen, maar we lassen hem toch maar even in. Iemand up voor de challenge?

Wel een clubrecord -maar ik mag het hier absoluut niet noemen- was de 5,41 op ver van BiCz-trainer Vincent Hocq. Onze vriendelijke Fransman is net een dag of wat Master en heeft, als sprint/hordenman, besloten, wellicht geïnspireerd door zijn atleten, of door zijn zoontje, of door zijn leeftijd, om in februari deel te nemen aan het Nationale Kampioenschap Meerkamp Masters in Frankrijk. En dan kan je maar beter eerst wat oefenen. Ik heb hem plechtig beloofd –hand op het hart and hope to fry- dat ik er in dit stukje geen melding van zou maken dat het clubrecord op ver indoor bij Masters 35 van de GAC nog vacant was en dat elke sprong, ongeacht de afstand, een clubrecord zou opleveren. En omdat ik een man van mijn woord ben doe ik dat dus maar niet. Het doel van Vincent is 5,50 in februari, dus hij is goed op weg.

Dan toch…?
Kunt u zich, lieve lezer, de 8,00 op de 60 van Kato Leusink (MB) nog herinneren? Lijkt me niet lastig want dat was vorige week. Die akelige nul nul, met als gevolg dat haar pr op de 60 vlak (8,00) in dezelfde seconde staat als haar pr op de 60 horden (8,92). Dat staat gewoon raar. Daar mag best een seconde tussen. Devies voor zaterdag: maakt niet uit hoeveel, alles onder de 8,00 is goed.
Het clubrecord op de 60 vlak bij de meisjes B staat aan het begin van de middag op naam van Anouska den Uyl uit 1988 en in een uitdagende 7,94. Ook wel stokoud dat record (met een knipoog naar onze Communicatie Commissie; leuk stukje in de krant). De 60 vlak is het Koninginnenummer van het indoorseizoen. Het is geen incourant onderdeel of een incourante afstand. Integendeel: elke atleet die wel eens een indoor gedaan heeft, heeft ‘m gelopen. Als doel of als tussendoortje, maar altijd zo hard mogelijk. Mila-atleten en werpspecialisten respectvol uitgezonderd. Kato loopt hem op 6 januari 2018 om 17.37 uur in 7,93. Nipt, maar die is binnen. Bij de meisjes A stond-ie ook op naam van Anouska, samen met Sanne Linders (1996), ook in 7,94. Nu dus niet meer.

Mag ik zeggen: “And that’s seven&eight for the hood, my brothers?” Mogen we het uitschreeuwen, rondbazuinen, dansjes doen? Er extra grote porties kipnuggets op bestellen bij de Mek?
Of is dat ongeciviliseerde en on-Gooische borstklopperij? Blijven we liever ingetogen en nemen we de schouderklopjes en de goed-zo-tjes met het hoofd nederig gebogen en met een vage verlegen glimlach om de mond in ontvangst?
Laten we het laatste doen. We zijn immers GAC en alles is maar relatief. Maar als we volgende week…

Stéphane
Alle overige uitslagen staan weer op de GAC-site.

Back To Top